De rechtbank in Breda vindt de Successiewet discriminerend voor erfgenamen die privévermogen erven. De rechtbank vindt dat zij onder dezelfde gunstige fiscale regels moeten vallen als dat voor verkrijgers van ondernemingsvermogen het geval is. De Belastingdienst is tegen deze uitspraak in beroep gegaan en de staatssecretaris gaat er van uit dat het verschil in behandeling stand houdt. Om uw aanspraken veilig te stellen, is het raadzaam om toch in concrete gevallen bezwaar aan te tekenen tegen de aanslag erfbelasting.
De staatssecretaris verwijst naar een eerdere uitspraak van de Hoge Raad, waarbij een vergelijkbaar beroep van een erfgenaam zonder nadere motivering is verworpen. De staatssecretaris leest daarin dat de Hoge Raad weliswaar niet expliciet, maar dan toch impliciet beslist heeft dat onderscheid tussen verkrijgers van ondernemingsvermogen en verkrijgers van privévermogen niet in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. Overigens heeft het arrest van de Hoge Raad betrekking op de bedrijfsopvolgingsregeling van vóór 2010. Sinds 2010 geldt een andere regeling, maar de Belastingdienst ziet daarin geen reden om een ander standpunt in te nemen. De staatssecretaris is ook niet van plan om de bedrijfsopvolgingsregeling aan te passen
Vindt u dat u (alsnog) in aanmerking komt voor de bedrijfsopvolgingsregeling, dan moet u kenbaar maken in uw aangifte voor de erf- of schenkbelasting. Als er al een aanslag is opgelegd en is die aanslag nog niet onherroepelijk vastgesteld, dan is een bezwaarschrift mogelijk. Dat moet u doen in de vorm van een aanvulling op de aangifte..
Wilt u meer weten over erven en schenken in het algemeen en erf- en schenkbelasting in het bijzonder? Bel ons of neem contact met ons op via het contactformulier op deze website.