Oplichting vormt geen uitzondering voor aansprakelijkheid. Dit blijkt uit een rechtszaak, waarbij er sprake was van een bestuurder, die namens een vennootschap verschillende overeenkomsten sloot met een ander bedrijf. De vertegenwoordiger van dat bedrijf bleek achteraf een oplichter te zijn en kwam zijn verplichtingen niet na. Als gevolg hiervan ging de vennootschap, waarvoor de bestuurder handelde, failliet.
Een bestuurder kan aansprakelijk worden gesteld op grond van onbehoorlijk bestuur, daarvoor is nodig dat hem of haar een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Daarnaast is aansprakelijkheid mogelijk op grond van onrechtmatige daad. Hierbij is het van belang of de schade voorzienbaar was.
Als bestuurder moet u rekening houden met de eventuele negatieve gevolgen die een handeling voor de vennootschap met zich mee kan brengen. Dit geldt zeker als het een overeenkomst betreft van niet-gebruikelijke financiële omvang. Voorzichtigheid is dan geboden. Dit valt te bereiken door bijvoorbeeld onderzoek te doen naar de solvabiliteit en liquiditeit van de wederpartij en een zekerheidsrecht te bedingen.
Doet u dit als bestuurder van een vennootschap niet, kan het zijn dat u daarmee een onaanvaardbaar groot risico neemt namens de vennootschap. Als dit risico werkelijkheid wordt, kan dit betekenen dat u een ernstig verwijt kan worden gemaakt en u daardoor uw taak als bestuurder onbehoorlijk heeft vervuld. Was de schade voorzienbaar, dan kan dit ook nog onrechtmatig handelen opleveren jegens de vennootschap.
Wilt u meer weten over de risico’s van bepaalde rechtshandelingen en de grenzen waarbinnen u als bestuurder dient te handelen? Bel ons voor het maken van een afspraak.